Korte samenvatting
Kweekvis uit vijvers en recirculatiesystemen heeft vaak een grondsmaak. Die grondsmaak belemmert de afzet van deze vis. In dit project is gewerkt aan het voorkomen en bestrijden van grondsmaak. Tijdens dit project is een uitgebreide literatuurstudie uitgevoerd (zie hoofdstuk 2), zijn er geosmine en MIB concentratie metingen uitgevoerd op een aantal kwekerijen en er is geprobeerd een relatie te leggen tussen deze metingen en ervaringen met het voorkomen van grondsmaak op deze kwekerijen.
Constateringen:
Grondsmaak in paling wordt waarschijnlijk veroorzaakt door de aanwezigheid van geosmine en 2-MIB in het visvlees.
In alle viskweeksystemen wordt geosmine en MIB geproduceerd, maar de hoeveelheid is niet altijd hoog genoeg om tot grondsmaak te leiden.
De geosmine en 2-MIB concentraties in het water, de vis en de biofilm zijn zowel bij grootschalige commerciële als bij kleinschalige experimentele kweeksystemen erg verschillend. Hiervoor is geen verklaring gevonden.
Het is niet aangetoond dat verschil in waterkwaliteit, systeem configuratie, management en voer in relatie tot de mate van grondsmaak. Het ontbreekt daardoor aan duidelijke aanknopingspunten voor maatregelen waarmee grondsmaak voorkomen kan worden.
Biofilms van nitrificerende filters in een recirculatie systeem zijn waarschijnlijk de bron van geosmine en 2-MIB. In deze filters zat de grootste hoeveelheid geosmine en 2-MIB producerende microbiota. Door afslag van biofilm uit deze filters en daarmee het afsterven en openbarsten van bacteriecellen komen geosmine en 2-MIB waarschijnlijk vanuit de biofilm in het water. Daardoor leiden calamiteiten of activiteiten die het nitrificerende filter verstoren (en dus zorgen voor meer afslag van biofilm), zoals technische storingen en het plotseling verlagen van de voerbelasting, vaak tot meer grondsmaak in de vis.
Verschil in management van de biofilm door inzet van verschillende typen nitrificerende filters kan grondsmaak beïnvloeden. Dit is echter niet gebleken uit het experiment waarin systemen met een moving bed bioreactor werden vergeleken met systemen met een trickling filter.
Geosmine en 2-MIB concentraties verschillen sterk tussen systemen, onafhankelijk van het filter type.
Het is moeilijk om in een full scale kweeksysteem gedurende langere tijd te meten wat het effect van verschillende factoren is op het voorkomen van grondsmaak in slib, water en vis. Het bestuderen van effecten heeft vaak langere tijd nodig. Om economische of andere redenen kan kunnen voortijdige veranderingen in de bedrijfsvoering nodig zijn, waardoor het moeilijk wordt om de gegevens te interpreteren. Daarom wordt aanbevolen om voor vervolgonderzoek met kleinere systemen te werken en worden aandachtspunten benoemd voor zo’n vervolgonderzoek.